Hier zit ik dan...
opgesloten in een kooi met dikke, zware tralies
nog geen enkele vogel van liefde heeft de tralies
kunnen doorbreken. Allemaal hielden ze van mij, maar
fladderden ze na een tijd weer weg. Ze waren niet rijp
genoeg om de tralies te breken.
Maar ik zal blijven wachten,
en hopen
tot er op een heldere nacht een vogel komt, die van
mij houdt
en die sterk genoeg is,
om de tralies van mijn angst, verdriet en woede te
doorbreken.
Dan kan ik, zwevend op zijn zilveren vleugels van liefde, geloof en vertouwen wegvliegen, de maan, fonkelende sterren en hemel tegemoet...