ik wou dat ik je in
een doosje kon steken,
voor dagen,
voor weken,
altijd bij me had,
want jij bent mijn dag en mijn nacht,
je bent ook mijn traan
en mijn lach,
mijn lente,
mijn zomer,
mijn alles in't leven.
hoe kan je nog ooit,
al was het maar even,
een andere man een glimlachje geven?
voel je mijn hart niet van ijver beven?
ach kon ik je maar even
in een klein doosje doen,
dan kreeg jij om het minuutje een zoen.