Ik zwom, ik zwom en ik klom ik klom
Tot ik er duwend ben uitgeglipt
Uit die buik waar het leven begon
Door mijn moeder vol liefde gelipt
De hoogte in, kop omlaag, hoe dom
Van de moederkoek plots weggeknipt
Lag ik daar als een kleine baron
Tot dat ik de wieg ben uitgewipt
Dan zag ik die benen anders om
Ben er zelfs meermaals over geslipt
Tot dat er één de moederprijs won
Die mij dan als vader heeft getipt
Maar wat grijzer, droog bevend en krom
Ben ik wellicht toch wat afgestript
Maar zo levenslustig is die bron
Die ik ze nog dromend heb gestipt