Ik ben voor je gevallen.
Mijn handen in jou nek.
Jou mond maakt me stapelgek.
Ik ben voor je gevallen
Wil bij jou zijn en huilen.
me in je sterke armen verschuilen.
Ik ben voor je gevallen.
Ik wil je aan mijn zij.
Want ik ben ik, en jij bent jij.
Ik ben voor je gevallen.
Beiden een ander persoon.
Toch ben jij de jongen waar ik van droom