Mijn denken
Waarom voel ik mij zo slecht,
is het omdat mijn eeuwige liefde voor
jou niet beantwoord werd.
Ik heb zin om mijn hele leven
met jou door te brengen.
Ik wou dat je op me kon rekenen
als de zekerheid dat er morgen
nog een noordzee zou bestaan.
Ik heb slechts één gedache van jou,
het beeld van twee mensen op het strand,
hun voetsporen verslonden door de woelige zee.
Toch zijn wij voor eeuwig gegriefd in het zand.
Ik smeek je laat mijn liefde niet onbeantwoordt,
daar zou ik nie mee kunnen leven,
ik heb geen oog voor een andere persoon,
zelfs niet voor de godin Aphrodite,
de godin van de schoonheid.
Laten we niet ontkennen
dat we voor elkaar bestemd zijn.
Ik wil de wereld ontdekken,
maar enkel met jou aan mijn rechterzijde.
Mijn leven is als een donkere tunnel
waar geen einde aan komt.
Toch zie ik jouw ogen
als een lichtpunt in de tunnel.
Maar telkens ik dichterbij kom
gaan die oogjes van jou steeds verder wegdrijven.
Zou dit een bewijs kunnen zijn
dat mijn liefde voor jou onverwoestbaar is.
Ik hoop van wel,
want de gedachte om zonder jou in mijn hoofd rond te dwalen
zou me vanbinnen helemaal vermoorden.