Witte handen besmeurt met klodders geweten omarmen jou.
Besmet met mijn emotie, zie jij mijn ziel.
Ik, ogen afgewend, voel de vraag in mijn gelaat gekerfd.
Onbeantwoord.
De pupillen verwijden zich, vol vertrouwen.
Witte handen, liefkozend.
Wezens zonder doel, zonder gericht verlangen.
Boeddha kijkt toe, gezicht afgewend.
Liefde, eindeloos aanwezig, geeft alles.
Wij zijn.