Jij, jij maakt me kapot,
door zwijgende woorden
lachend achter je gemene gezicht
verscholen.
Je grijzende zinnen
dienen zich onzichtbaar
bij me aan.
Jouw afgrijselijke
manier van kwetsen
stelt me diep teleur.
Jij, altijd gewoond in mn hart,
bestaan in m'n gedachten.
Maar nu,
nu verwens ik je naar de hel,
zelfs 'die'plek is te mooi
voor jou naam.
Mijn achteloze haat tegenover jouw zinnen,
jouw woorden, jouw verhalen,
jij in je geheel.
Je hebt m'n hart misbruikt,
doorboord en gedood.
Zelfs op deze manier kan ik
je nog niet duidelijk maken,
wat een vreselijk EIKEL je bent!!!
** 8 januari 2004 **