Vroeger toen m'n mama
me naar bed stuurde
en ik boven hoorde
dat zij nog beneden bleef,
vond ik dat onrechtvaardig.
Ik huilde,
ik schreeuwde,
maar niets hielp.
Vroeger toen m'n mama
zag dat ik stiekem een koekje stal,
werd ze een beetje boos op me,
maar toen ik later zag
dat ze er zelf een nam,
vond ik dat onrechtvaardig.
Ik huilde,
ik schreeuwde,
maar niets hielp.
Maar wat ik nu om me heen zie...
Een kind, huilend om zijn ouders,
een kind, strompelend op één been,
een kind, met een geweer onder de arm,
vechtend voor zijn zusje.
En dat zie ik,
terwijl de grote leiders,
in hun onneembare bunkers,
de overwinning vieren
of de nederlaag beklagen.
Maar zij leven.
Ik heb eens gehoord:
"De groten verliezen de oorlog,
de kleinen verliezen het leven."
En die uitspraak is oh zo waar.
Een vijandelijk soldaat doden,
om het leven van een vriend te redden,
is een heldendaad.
Een vijandelijk staatsman doden,
om het leven van een vriend te redden,
is een misdaad.
En dat, ja, dat is onrechtvaardig.
We huilen,
we schreeuwen,
maar niets helpt.