ik ben verliefd op m`n verwarring,
ik wil erin verdwalen,
Ik weet niet waar m`n geest is,
ik kan me niets meer herinneren,
Ik ben geen kind dat nog met blokken speelt.
De wereld gaat voor me open.
De zee leidt me naar je toe,
de golven drijven me heen.
Zou jij een zandkorreltje zijn,
`k zou je altijd meenemen,
angstig dat er iemand op je zou trappen.
Door het geruis van de meeuwen heen,
hoor ik je zachte stem,
je prachtig gezicht zie ik in die hemels grote plas.
Ik wil geen zandkastelen bouwen,
ik wil niet beschermd worden als een baby.
Als jij een traan was
zou ik bang zijn om te huilen,
om zo jou te verliezen.