Verlaten en alleen,
doelloos in het leven.
Liefde zo gemeen,
alles gegeven.
Ik doe het zelf,
het alleen zijn.
Wijl ik het onderspit delf,
door al mijn pijn.
Er zijn mensen die geven
om al wat ik voel.
Ze willen me helpen leven,
geven mij een doel.
Ik weiger te accepteren
en voel me eenzaam,
laat mezelf creperen,
verwerking zo moeizaam.
Het kan me niet ontgaan,
de moeite van hen,
die voor me klaar staan,
maar ik weet hoe ik ben.
Accepteer geen hulp of liefde!
Waarom zo stom, zo eenzaam?