Zo veel leegte in mijn stilte gekropen,
met pijn in mn hart afgedropen.
Eenzaam en alleen kwam een schaduw om mij heen.
Daarmee leefde ik samen, zag de regen op de ramen.
Dromen liepen leeg in een riool van frustratie,
Krampen in mijn maag, wat ging ik laag,
Nu volgt nog slechts de acceptatie.