ik heb je nodig nog een keertje.
ik moet praten nog een keertje.
wil het op een rijtje zetten.
en jij moet een beetje op me letten.
je hebt me zo veel al geholpen.
maar ik je het nog eens vragen nog een keertje.
help me als je blieft nog een keertje.
een keertje om het goed te leren.
een keertje om het nog eens te proberen.
help me nog een keertje.
praat met me nog een keertje.
ik weet dat je dit leest.
help me dan nog een keertje.
je moet me helpen nog een keertje.
als je blieft nog een keertje.
help me als je blieft nog een keertje.