De spiegel
Wanneer ze in de spiegel keek
En zichzelf met anderen vergeleek
Voelde ze zich klein en nietig
Haar spiegelbeeld maakte haar verdrietig
Ze schaamde zich voor haar eigen persoonlijkheid
Wat was er allemaal gebeurt met die sterke meid?
Ingestort, gebroken, in stukjes bij elkaar
Kon ik haar maar lijmen, ja kon dat maar!
Ondanks steeds weer hoop op morgen
Loopt zij rond met nog zoveel zorgen
Want met haar gevoelens nooit uitgesproken
Is zij zo in het diepe gedoken
Geen idee of iemand iets voor haar kan betekenen
Of zij wel op haar vrienden kan rekenen
Haar spiegel droogt haar tranen in ieder geval niet
Dat was dus geen oplossing voor haar verdriet
Wel luisterde het, aan een stuk door
Zonder wat terug te zeggen, of zijn aandacht verloor
Ogen die vol tranen stil terug staren
Ik zou willen dat het niet de mijne waren
Een hand slaat… de spiegel is kapot
Haar gevoelens terug, haar hart weer op slot