Niets dat mijn smart doet verzachten,
niemand veegt de tranen van mijn gelaat.
Enkel jij nog in mijn gedachten,
enkel jij die me verlaat.
Een gevoel van belogen, gebruikt en verdronken,
die je met tranen achterliet in mij.
Nu diep in gedachten verzonken,
nadenkend over alles wat je zei.
Verdriet zo zuur als gal,
verspreidt zich als bloed door mijn lichaam.
Alleen eenzaamheid en vooral
pijn dat me wegteert, langzaam,
dat door mijn hoofdje gaat.
Jij hebt de sleutel tot mij..