Zoetheid vult mijn tand,
Mijn enigste zo hard.
Een klein gaatje aan de bovenkant.
Van binnen hol, mijn smart.
Zoet sijpelt door het gat,
traag, van hol naar vol.
Warom dit, weet geen kat,
euforische pijn maakt me dol,
maakt me lam,
doet mijn brein verstijven,
maakt mijn handen klam.
De zoetigheid zal blijven,
tot mijn smart wordt gevuld.