Ten strijde met tweeë,
gestaagd zijn de slagen.
Weer een schop voor m'n schenen.
Niet helder in sombere dagen.
Ik word gek van dit getouwtrekkerij.
Mijn hoofd verlies ik iedere keer weer.
Het antwoord gaat weer aan mij voorbij.
Ik weet niet veel, en jij wil meer.
Waarom gaat het nou niet van dat leide dak,
of dat fluitje van een cent.
Eindig je toch weer met die kat in een zak.
Eigenlijk ben ik gewoon een laffe vent.