Bergen
Ik sta weer in een dal en kijk omhoog naar die enorme berg voor me.
Is die hoger dan vorige of lijkt het maar zo.
Heb ik de vorige wel overwonnen of ben ik teruggegleden.
Wat staat er achter deze berg.
Hij is zo hoog ik kan het niet overzien.
Komt er hiernaar weer een berg die hoger is?
Hoeveel bergen zijn er nog achter.
Of is er op de top van deze berg één meer met rustig water.
Een wilde rivier die hoe verder ik mee drijf eindelijk in rustige water uikomt.
Nu moet ik eerst deze berg overwinnen en boven zien te komen.
Pas dan is er een antwoord op alle onzekerheden.
Met iedere stap die ik neem om de berg te overwinnen lijkt de onzekerheid groter worden.
De vermoeidheid slaat toe samen met de twijvel of ik het wel aan kan.
Ik ben moe van het klimmen.
Het liefst ga ik zitten en wachten tot dat er iemand langs komt en me meeneemt.
Maar komt er wel iemand en wilt die me meenemen.
Is het mijn gevoel dat ik dit alleen doe of is er al iemand?
Met tranen in me ogen van pijn, vermoeidheid en onzekerheid loop ik door.
Hoelang nog??