De druppels glijden langs het raam
Ik zit er niet ver vandaan
Zit in elkaar gedoken
De warmte valt niet op te stoken
Koud van binnen en buiten
Hier tussen die ruiten
Wachtend heel alleen
Tot mij iets verscheen
Maar ik zit nog alleen
Met mijn hart versteend
Versteend van het verdriet
Dat mijn hart alleen nog maar ziet
Mijn hart ziet nog maar alleen dat
Vanaf het moment dat het geluk mij verlat
Want waarom deden ze mij dat aan?
Zodat ik niet verder kan gaan?
Van die gedachten krijg ik het kouder van binnen
Probeer mijn tranen te verdringen
Maar dat lukt niet meer
Want het doet zo’n zeer
Ik laat ze gaan, ze lopen
Mijn verdriet valt niet te doven
Ik heb zoveel meegemaakt
Mijn verdriet is dat ik niet kwijt raakt
Maar ik moet het wel proberen
Om de pijn te kleineren
Ik ben gekwetst van binnen
Mijn tranen kan ik niet meer verdringen
Er valt een druppel op dit blaadje
Ik leeft nu in een van mijn diepe gaten
Aan deze diepe gat komt een eind
Daar wanneer mij het verdriet verdwijnt