ik haat hem,
ik kan zijn bloed wel drinken
genietend van elke slok
elke teug smaakt als zíjn bittere tranen,
zíjn verdriet en mijn zoete wraak...
ik haat hem,
verlangend naar het zien stromen van zijn bloed
híj hoeft je niet te verstoppen,
ik vind hem zó als het moet