~*~*~
Met haar ogen vol tranen,
En haar hart vol vuur,
Probeert zij een weg te banen,
Door de minuten van het uur.
De secondes tikken langzaam,
De minuten geven angst,
De uren die ze ziet,
Duren voor haar het langst.
Ze wil wel veder lopen,
Maar veder gaat ze niet,
Ze moet het met haar leven bekopen,
En zakte in van verdriet.
Dacht na over haar leven,
Haar ouders bovendien,
Blijft wanhopig aan haar hoop kleven,
Zou ze hun nog ooit weer zien?
~*~*~