Ik wandelde in de herfst
Liep over en door duizenden afgevallen bladeren
Die een tuinman weer zal ruimen en verzamelen
Hoeveel voetstappen waren hier op aarde al gezet
Zij waren al lopende misschien ook in gepeins verzonken, net als ik daarnet
Ik trok een vergelijking met miljoenen mensen, die vóór mij hebben geleefd
Mijn gedachten over hen vervulden mij en werden door mij intens beleeft
Zoveel bladeren en zoveel zielen
Die door ouderdom of ziekten vervielen
Zoveel vreugde en verdriet is al eeuwen hier op aarde geweest en geleden
Ik loop te wandelen over onnoemelijk veel bladeren in het heden
Dat afgevallen blad en ook wij zijn hier met een tijdelijke aard
Alleen de mensheid is een eeuwigheid waard
De bladeren en de mens
Zij hebben beiden een levensgrens
Alles vergaat tot stof wordt materie in de natuur
Alleen de mens heeft een eeuwigheidsduur
De grote Tuinman verzamelt al eeuwen onze zielen
Zij die het aardse leven verlaten en vlieden.
De wereld is zich eeuwig aan het vernieuwen
Steeds komen er weer bladeren aan bomen
En worden er mensen geboren, die daar over peinzen en dromen.
Toen ik mij was aan het vertreden
Waarden mijn gedachten in het verleden.