‘t gedoornt roosje
wijlens zijnde rood en zacht
isz’t ook stekelig en hard
zo vindt men dit ook in de liefde
nooit was’r iets wat de ledige ruimte zòo doorkliefde
een stof die zich onderscheidt in zijn uniciteit
een stof waarvan de mens in zijn menselijkheid
zich eigen schepper kan noemen
waar er vroeger ènkel het ruwe dierlijke was
is er nu het gevoelige redelijke
waar voorheen noch goed noch slecht was
vindt men nu ménig veel oordeel
Dé poort van het hiernamaals in de hemel
vindt men in het huidige hier op aarde
dag na dag opent de hemel zich keer op keer
en je treedt erdoor, elke keer wanneer:
je iets vertederends fluistert in je geliefdes’ oor
elke keer wanneer
zelfbetrokkenheid plaats ruimt voor vriendschap
elke keer wanneer
egoïsme de weg vrijwaart voor altruïsme
niet de lief-dadigheid, maar wel het innerlijk voelen van de liefde is het essentiële
anders zou iedereen lief-dadig kunnen zijn, zonder dat ze werkelijk het sentiment liefde delen
vredige vreugde opwekken is niet alleen een capaciteit van de zelfactie
Het is een sensatie die eveneens actief wordt bij observatie
Neemt men nu’s
simpelweg gewoon in de bus
wanneer bij twee jonge mensjes
bij wijze van gemeende ondoordachte symbolisatie van gemeenschappelijke consensus
spontaan een arm liefdevol en koesterend rond d’anderens’ schouder
eindigt
deze daad was van bewuste wille géén kwaad
integendeel dit was een aardlijk onredelijk instinctmatig oeraltruïsme
dat zich middels evoluties
en continuïsme
tot
een redelijke metafysische en één der meest vreugdevolle der emoties
heeft verheiligt
het is in al deze verschillende momenten
dat we iets gemeenschappelijks kunnen opmerken
ONDANKS ALLE VERSCHILLEN ZIJN MENSEN MENSEN
ze streven àllen naar liefde en de vervulling van hun wensen
liefde heeft vele verschillende verschijningsvormen
je zou kunnen zeggen dit hangt af van culturele waarden en normen
eigenlijk is liefde in principe gelijk, iedere is als gelijke maar gebruikt gewoon andere uitingswijze
ik maak slechts onderscheid tussen de liefde, en de liefde voor zichzelf
HET kenmerk van het begrip liefde is dat het niet betrekking heeft
op het eigen denkende subject, maar wel op àl wat wel –en niet leeft
de liefde voor zichzelf moet ondergeschikt staan tegenover de liefde
op zich
de liefde is houden van àl wat goed is en van àl wat slecht is, van de yin én van de yang
zonder het slechte zouden we nooit kunnen beseffen hoé goed werkelijk het goede is voor ons belang
iets wordt slechts goed in vergelijking met iets slechters, en beter naar de mate totwelke het zich verhoudt tot het slechtste onder het slechte
we worden ongelukkig van wanneer we kennis van iets nemen en als op het moment van kennisname van dit bepaald iets blijkt dat het iets is wat begeerd zal worden
op zo’n moment worden we dan ongelukkig omdat we weten hoe het zou kunnen zijn
en beseffen dat het niet zo is
Het geluk mag zich niet laten bepalen door het feit dat we kennis hebben van de dingen die we hebben en dit in vergelijking tot de dingen die we begeren
De liefde is objectief gegeven aan iedereen
Het wordt gewoon vervormd door de jaren heen
Heb lief aan al wat zal komen
Het is nu eenmaal de gang der zaken
Mensen lijden en verblijden
Mensen komen en gaan