De schreeuw die ik gilde.
Ik schreeuwde diep van binnen
Woorden en hele zinnen.
Je hoorde niets, t was stil.
soms een kleine gil
Een kinderkreet,
Die liet horen waar het aan leed.
Dat was het enige wat mijn keel er door liet gaan.
Niemand die het kon verstaan.
Niemand die het heeft gehoord.
Een ander die zich er niet aan stoort
Die nare tijd.
aan die tijd is een eind
Maar in mijn gedachten is het constant aan het storen
Ook op de goede momenten, het is nog lang niet verloren.
Ik ben en blijf dat meisje met het verleden,
Al heb ik die gedachten vaak vermeden…
Altijd heb ik staan vechten om door te gaan.
Al kan ik t niet altijd alleen aan.
Maar ik pluk de dag
Ook als het van mij zelf niet mag
Heb voor me zelf nog zo veel vragen
Wie de rozen wil plukken moet de doorns kunnen verdragen.
Ook al doet het zoveel pijn en verdriet.
Opgeven doe ik niet
Ook al komen mijn verhalen en gedichten op het zelfde neer,
door te schrijven doet t strakjes minder zeer.
Iedere morgen sta ik weer op
Ook staat mijn gevoel op zijn kop.
Ik pak het weer met beide handen aan.
Zo dat ik later kan zeggen, dat heb ik zelf gedaan.
Schreeuwen van binnen wil ik niet meer doen.
Ik wil het uiten…dus niet meer zoals toen.