Doof je sigaret in mijn hand
Krab eens liefelijk
Mijn ogen uit
Trek mijn haar
In sierlijke plukken
Van mijn hoofd
Kneed me terwijl je met gezag
En een zacht gelach
Mijn strot omvouwt
En de tranen ombouwt en
Ombuigt tot nederig maar lief’lijk en goud
Wring me door het sleutelgat of
Sleur me de HEMA uit
Sla de kopjes die je er kocht
- ik koos ze uit -
maar stuk tegen mijn hoofd
we kochten immers
de beste kwaliteit wattenschijfjes
om samen mijn bloed mee af te deppen
en verband als een stuk touw
om mijn geschreeuw – wat ondertussen
als zo rauwig klinkt, je vind het lelijk -
mee af te dempen
Smeer me op een toosje
om me vervolgens zo machinaal mogelijk
te verbrijzelen tussen je kiezen
trap me het trapgat in
laat me liggen in het donker
en dan trek je
mijn brein eruit misschien
hangt ze te drogen aan het rekje
spoel ze af in de wasmachine
doe je voor als een vocabulaire tovenaar
en ontneem dus ook mijn woorden maar
abracadabra
zinnen vergeten en vergeven
abracadabra
neem het op met de camera
om later terug te zien
en alle pracht en praal terug te smeken
van wat je nu zo rampzalig had geleken