STAD.
Het bedelend bederf zwerft kermend door de stad,
kruipt door spleten & scheuren als een rat,
zoemt zachtjes door tot in het hart
& scheurt het vervolgens apart.
Kreunende kou, losgeslagen van alles & iedereen,
hinkt verminkt & verslagen, ploetert eenzaam en alleen
op zoek naar contact met de zon & frisse wind,
maar blijft niet intact zonder bron & onbemint,
strompelt vermomt weer tussen de mensen heen...