Je zal me moeten laten lopen.
Mij laten verdwijnen voor jouw open ogen.
Daarna rauwen voor de leugens wat je heb gelogen.
Je zal huilen met de tranen wat je toen niet liet gaan.
Je zal je los moeten maken.
En je zelf dan zachtjes in fluisteren...
Dat je mij toen zelf heb laten staan.
Want, ik had het zo moeilijk en zoveel verdriet om jou.
Smeekte geknield op de grond, in de tranen ....,
Gebroken, want ik wist alleen dat ik van je hou.
Maar je dacht zo simpelweg,
Zo oneerlijk,
de dingen wat je had gezegd.
Je had geen recht.
Om mij die pijn zolang te laten nemen...
De pijn van zo'n gevecht.
Mij zonder reden aan je te laten klemen....
Je dacht gewoon zo simpelweg.
Maar nu zie je me lopen...
Kom je me tegen overal.
Ik zie wel hoe jij mijn blik probeert te stelen.
mijn ogen wat je probeert te begrijpen.
een hart waarmee je, je deed delen.
Nu nog het niets.......,
waar je voor altijd in zal blijven kijken.