staart kunnen trekken en het begin
vergeten in je hol, rondlopen en je vacht
voelen trekken, haast scheuren langs
zijn naden – je ogen bloedden weer
rood en ook je keel reet je open,
dat je omgeven werd door dorst
en honger en geen uitweg vond
in het blijven rennen, blijven zoeken
naar prooi, naar rood vlees dat zich
dan voltrok voor je ogen en je neus
binnenkroop en je hele lichaam
overmeesterde – sap droop op je vlekken.