Is zwart met een lange staart
In een droom zag ik haar staan
In het schijnsel van de maan
Ik liep rustig naar haar toe
Ik voelde me helemaal niet moe
Toen klom ik op haar rug
En wilde nooit meer naar de werkelijkheid terug
Samen gallopeerden we over het strand
Door het zeewater en het zand
haar manen wapperend in de wind
Geen wonder dat ik haar de mooiste fries vind
Toen kwamen we weer op die plek terug
En ik klom van haar rug
Ik aaide haar over d’r snuit
Ze was zo lief en zag er heel mooi uit
Ik hoopte dat er nooit een eind aan zou komen
Maar helaas kan ik niet altijd blijven dromen
Dus doe ik mijn ogen maar weer open
want voorlopig kan ik toch geen fries kopen