Hij ruist nog steeds in mijn hoofd,
en zijn woorden hebben nauwelijks betekenis,
maar klinken toch verrukkelijk.
Hij is een lijf dat een ander lijf zoekt
en ik kruip tot bij hem
en kronkel in zijn handen
tot we in elkaar overlopen
en de liefde langzaam wegvloeit.
Zo groeit mijn verzameling
van teleurstellingen en mokerslagen,
speldenprikken en open wonden,
bloedstelpers en zoenoffers.
Verzamelen is overleven.