Ik heb gezweet en gebloed,
werelden verbrand en schepen achter me gelaten,
ik heb een eindeloos verlangen
gedragen en verkropt.
Ik heb gezocht naar woorden
ik heb getovert en gefacineerd
gevlochten met hartstocht en wrok.
Ik heb geschreeuwd van begeerte,
gesnakt naar warm bloed.
Ik ben niet langer alleen
nu door en door verweven
verheven boven elke bezieling
goddelijk groots, overwegend hooghartig.
Jij maakte van mijn hart een moordkuil,
liet bloed weer stromen
verkrachtte mij, onteerde mij.
Liet je, zonder te aarzelen
over in mijn bezeten geest.
Er is geen onderscheid meer
tussen ignorantie en omnipotentie.
Je hebt me ontbonden,
je hebt mijn hart vertaalt
jij spreekt mijn taal.