Dansen.
Dansen wil ik
in gedachten
nu mijn benen niet meer gaan
in de maat
van vroege jaren
waarin gedachten blijven staan.
Hoe wij samen
zwierend gingen
over de volmaakte vloer
van de dansschool
waar wij kwamen
jong van lichaam , flink en stoer.
Daar waar voeten
niet meer willen
danst nu de herinnering
aan het volle
van het jong zijn
in de nu bereikte kring.
In het ouder wordend
saam zijn
vol verdieping , blij in kracht
rond de dank
en de verpozing
die nog daag’lijks op ons wacht.
Dansend in ons
najaarsleven
in de herfstkleur van geluk
draaien wij
gedachte pasjes
onze liefde kan niet stuk.
th