Als ik niet kan slapen,
Ik zie ieder uur voorbij komen,
Bang om wakker te zijn, bang om te dromen.
Denk aan leuke dingen en probeer te ontspannen,
Probeer mijn eigen angsten te overmannen,
Als ik niet kan slapen dan draai ik heen en weer,
Denk te veel na en rusten kan dan ook niet meer.
Ik wil net als ieder ander gewoon naar bed toe gaan.
Maar toch ben ik weer op gestaan.
Na een half uurtje ga ik het bed maar weer in,
Op de bank zitten wachten heeft ook zo weinig zin.
Ik zeg; je hoeft niet bang te zijn het is veilig en het is goed,
Te gek voor woorden dat ik mij zelf daar van overtuigen moet.
Ik luister nog een muziekje voor het licht uit gaat,
Probeer niet te denken aan al die dingen die ik zo haat.
Ik voel mij wegzakken maar dan hoor ik een geluid
Snel de lamp aan, voor ik mijn ogen sluit.
Ik houd men deken goed vast en moet even wennen aan het licht,
Ik voel pijn in elke spier en elk gewricht.
Alles staat strak, alles spant zich aan,
Weer klaar voor wat me vroeger is aan gedaan.
Maar dat is niet meer nu, dat was toen..
Ik weet dat het zo is, maar ik kan er niets aan doen.
Ik weet het, het is allemaal achter de rug..
Het liefst vergeet ik het en ga ik nooit meer terug
Maar het moet een keer gevoeld en worden gezegd,
Zoals het nu gaat leef ik ook niet echt.
Als ik het kan delen en het zo een plekje geef,
Kan ik na een tijdje zeggen.. blij dat ik leef!
Maar ik durf het niet alleen en dat is wat ik nu wel moet doen,
Het maakt me bang, stop het weg, elk angstvisioen.
Niemand die mij ziet, niemand die kijkt naar wat ik eigenlijk zeggen wil,
Niemand die luistert, of mij hoort, ook al ben ik stil.
Schrijven geeft rust, iets wat ik graag doe,
Iets wat me helpt maar naar wie stuur ik dit toe?
Als ik weet dat het niet is gelezen blijft het hangen in de lucht,
Het kan dan niet uit mij, dus sla ik weer op de vlucht.
Overdag is het al een ramp, hoe moet dat dan in de nacht,
Als ik niet slaap heb ik onvoldoende kracht.
Die kracht heb ik nodig om de dag weer aan te gaan,
Maar als ik niet slaap, waar haal ik het dan vandaan?