Ik ruik je lange haren, herfstbladeren ros.
Je huid geurt lekker fijn, zoet bakkers marsepein.
Je lippen frisse kersen in biezen kersenmand.
Frambozen roze knopjes, fier op je borstjes zacht.
Je kutje ruikt als lavendel die op een lavaheuvel bloeit.
Een boeket frivool aroma, ruik jij mijn lief voor mij.