Daar zit ik in elkaar gedoken in mijn donkere kamer.
Hij roept mijn naam
Hij schreeuwt mijn naam
En ik negeer hem......
Mijn hart bonkt mijn lichaam uit, ik hou me verborgen.
Hij bonkt op de deur
Hij klopt op het raam
En ik negeer hem......
Maar waarom ben ik bang voor hem?
Waarom krimp ik in één van zijn roepende stem?
Ik ben niet bang voor hem! Maar voor mijn eigen gevoel!
Ik kan het hem niet uitleggen.
Zijn voetstappen vervagen
Het wordt stil om me heen
En ik negeer mijn gevoel......