De wolken
aan de hemel
roeien met de riemen
aan de grijze lucht
De dagen nemen
zacht in weer en
wind haar vlucht
Tot ver voorbij
het leven
tikkend in het
ritme van de tijd
Als regen nat
dat striemend
door de kou
heen snijdt
Tot klein
en tegen alle
wetten in
een puntje kleur
de lucht verkend
Het breekt
zowaar het grijs
gemoed in duizend
flinters stuk
En laat mij
verlangend wachten
op kleine glimpjes
van geluk