Avontuurlijk zwijntje een zwijntje kreeg wat honger hij knabbelde aan het deurtje plots zat hij er door de vrijheid tegemoet op het erf rook hij fijne spijzen die leidden hem de keuken in daar zag hij de vreemdste dingen die hij nooit had gezien hij trok een handdoek naar beneden een boeren sjaaltje om zijn nek pannenlap als hoedje op zijn kop een stoel stond in de weg die slingerde hij de keuken door suiker en boter vielen op de vloer dat was iets naar zijn smaak de boer vond hem knorrend, slapend ela