Ik heb de drang om alles verkeerd te doen.
De drang om het leven verkeerd te maken,
om het leven verkeerd te begrijpen.
Die drang komt altijd op,
maakt niet waar ik ben.
Ik voel de pijn, de pijn van verlies.
Ik verlies geen aandacht, nee die geven ze mij genoeg.
Maar ik verlies de boodschap van het leven.
Iedereen negeert me, haat me.
Ze vooroordelen me.
Die pijn is net als die drang.
Die pijn doet me eraan denken,
ik doe alles verkeerd.
Mensen zeggen wel:
"Je bent een lief, slim, mooi kind."
Maar ik weet beter, vele beter.
Diep in mijn hart ben ik niet lief,
niet braaf, niet slim. Misschien zelfs niet mooi.
Maar ik probeer lief, mooi en slim over te komen.
Zodat ik een ander persoon ben.
Een persoon die wel een paar mensen graag hebben.
Maar ik heb die persoon niet graag.
Ik wil mezelf zijn, mezelf spelen, mezelf voordoen.
Die pijn voel ik ook.
De pijn van mezelf kwijt te geraken.