Elke dag denk ik aan jou,
de prachtige vrouw waar ik zo van hou.
In mijn dromen laat ik me doen
en geeft ze me een passievolle zoen.
Wanneer het licht door de ramen schijnt,
is de liefde er nog maar de passie verdwijnt.
Maar toch blijf ik dagdromen
en hopen dat de dag nog mag komen,
dat ze me es een knuffel geeft,
en haar vingers door mijn haren weeft.
Maar toch weet ik dat dit nooit zal gebeuren,
al wisselen de zon en het gras van hun kleuren.