de gouden, gele schaal is wonderbaarlijk.
maar ik hoor iets kraken,
is mijn zicht iets bedrieglijk?
zou iets in de schaal geraken?
daar blaast de wind,
krak, krak nog een barst in het kind.
dan de regen, die maakt het zacht,
ik vraag me af waarop het nog wacht?
vlucht, nu je nog kan!
rol weg uit het nest,
botsen, stuiteren is je enige reddingsvest.
doe er iets aan, wees niet laf.
zet die bril af!
kijk zuiver en zie ALLES!
ook het mooie, het warme,
red jezelf en duik in de boerin's armen!
te laat!
daar komt een veelvraat,
een ekster.
daar gaat alweer een kind,
een ziel die nooit werd bemind.