al die gevoelens stormen door men hoofd
als een kudde runderen op hol
met hun hoeven zwaar klakkend.
mijn hoofd slaat onder het getrap.
ze vertrappelen mijn bewustzijn.
mijn hoofd zinkt onder de pijn.
mijn aanwezigheid glijd weg
uit u bewustzijn, uw armen.
ze stampen mijn dierbare ogen
met hun modderige hoeven
uit mijn barstende hoofd.
de zachtheid heeft me bedrogen.
plots lost het die menigte
vanuit het onverwachtte
wanneer ik indommel in zijn rust
en reeds droom van mijn lust.