Stilte kennen ze niet,
het eerste wat ze hoorde,
waren geluiden van geweld,
inslagen van bruut terreur,
kreten van wanhoop en pijn...
Iets moois zien ze niet,
het eerste wat ze zagen,
was een totale verwoesting,
van gebouwen en mensenlevens,
bedolven onder puinhopen...
Liefde voelen ze niet,
het eerste wat vloeide,
waren zilte oorlogstranen,
in de schoot van moeder,
in vals levenslicht...
Oorlogskinderen zijn geen kinderen,
ze zijn even oud als de stenen,
van de eerste ingestorten huizen,
en nu met uitgestrekte handjes,
zonder hoop in de richting van vrede staan...
Jeffry/Brihim