Verlegen liep zij naar hem toe
Wilde wel kijken maar wist niet hoe
Tot vlak voor hem keek ze naar de grond
Heel anders als ze was, met altijd die grote mond
Hallo, hier ben ik dan, zei ze heel zacht
En hij? Hij vond haar een pracht
Zacht en teder kuste hij haar hand
Verloor bijkans zijn verstand
Armen om haar heen geslagen
Wilde hij er wel nog een kusje aan wagen
Teder op haar volle rode lippen
Daar kon geen andere vrouw aan tippen
Samen zijn ze nu al jarenlang
Zielsgelukkig en voor niets en niemand bang