aanbiddelijk
aan'bid-de-lijk bn 1 waardig om aangebeden te worden 2 verrukkelijk
- eigen woordkeuze -
zo zoet zij gijt
ende warm in de uwe hart
zoud mij U smaken
edoch het beeldspraak zijt
Uwen beeld zijt trouw
ende oprecht in tact
de kroon op deine hoofd
zijt zonder tegenspraak
mijn knieling op Uw tapijt
geeft gevoel tot mij
een ander mens te zijn
tot hemels heft vereerd
Auteur: Jasper de Jong | ||
Gecontroleerd door: christina | ||
Gepubliceerd op: 15 april 2003 | ||
Thema's: |