Je kan hem altijd geven, dag en nacht,
zomaar omdat je het leuk vindt,
of net omdat je even zit zonder kracht.
Je kan hem geven zowel aan een volwassene als aan een kind.
Je kan hem geven met volle energie en volle kracht,
of net heel zacht en subtiel.
Vaak doet hij meer deugd dan verwacht,
hij kan toch zo zalig zijn, echt subliem.
Zeker als je je slap en futloos voelt kan hij wonderen doen,
nadat je hem gekregen hebt voel je je immers terug enorm gevoed en gesterkt.
Maar ook als alles meezit is hij heel tof om te doen,
hij is immers zo speciaal en bijzonder en het leuke is dat hij altijd werkt.
Hij geeft je een gevoel van vrede en geborgenheid,
van veiligheid en tederheid,
van eenheid en verdraagzaamheid.
Hij laat je hartje weer verwarmen.
Hij, die zalig warme knuffel in je armen.