De natuur
Laat de bloemen voor me bloeien,
laat de vogels voor me fluiten.
Maar steeds bij het mooiste van het leven,
sta ik er weer buiten.
Buiten in de kou en in de regen,
omver geblazen door de harde wind.
Geteisterd door de hagel,
waarin geen enkel sprankeltje hoop zich bevind.
Laat de bloemen voor me bloeien,
laat de zon toch voor me schijnen.
Maar telkens als ik buiten kom,
zie ik de zon achter de wolken verdwijnen.
De zon kruipt voor me weg,
gunt me geen enkele warmte-straal.
Kou kruipt verder in me,
zorgt ervoor dat ik keer op keer weer faal.
Laat de bloemen voor me bloeien,
laat de hemel toch mooi blauw kleuren.
Maar telkens als ik naar buiten wil,
sluiten zich nog veel meer deuren.
Laat de bloemen maar niet voor me bloeien,
ze verwelken bij mijn aanblik.
Laat de vogel maar niet voor me fluiten,
als ik het hoor ben ik bang dat hij stikt.
Laat de zon maar niet voor me schijnen,
warmte kan hij me niet toe stralen.
Laat de hemel maar niet mooi blauw kleuren,
een gelukkig leven bestaat alleen in verhalen.
De natuur zo mooi,
Maar die natuurramp,
dat was ik.
16 - 05 - 2003
~Miriam~