Ik zwem in een waterval van gemompel
Waarvan lawaai gedachten overstemt
Ben me vreemd tot ik me onderdompel
Stilte maakt me weer bekend
Hoofd op orde, treedt verstikking in
Ballast van gedachten borrelt omhoog
En oppervlakte mompels maken een begin
met 't verstommen van mijn betoog
Zo doorzwem ik steeds de waterlijn
Gewen mijn lichaam en mijn geest
En win telkens meer terrein
Blijf steeds langer onder dan ik eerder ben geweest