De nacht breng ik aan je voeten
dek je toe
stil en koud is het buiten
je hart waar het vlammetje
van liefde brand
Een kind wil ik
bij je wezen
bescherming zoekend tegen kwaad
torens bouwen van het leven
zodat geen lasterwoord
mij raakt
De nacht breng ik aan je voeten
zie het laatste stuk
daglicht in je ogen
Je sprak zo betoverd
elke klank sneed
door het lijf
Jouw woorden breide
het slechste gedicht
nog tot iets mooi's
Ach je liet me
verder slapen in de
glimlach van je lach
Auteur: wijnand. | ||
Gecontroleerd door: Firebolt | ||
Gepubliceerd op: 02 oktober 2003 | ||
Thema's: |