Ik zie je ogen nu nog in de mijne kijken
Het gloeiende vuur dat erin smeult
Diep in de zoetverzonken harmonie
Die de ondergaande zon me biedt.
Lippen die zoete woorden
Bedwelmend fluisteren
Tegen de flanken van mijn kaak
Zoals ze steeds weer doen.
Ik zie de glinsters rond je iris verschijnen
Wanneer ik m’n gezicht dichter breng
Je blik vasthou met enkel het licht
Dat flakkert in m’n hele wezen.
Beelden, voor m’n oog verschijnend
Momenten dat je afwezig bent...
Seconden tussen ons even vol vuur
Koesteren onze verhitte slaap.
Ik zag... je armen om me heen
In het hunkeren van het zonlicht
Zachtjes strelen heen en weer,
Een glimlach brengen op mijn gezicht...
*Voor Tuur...*