jij zat in de hoek op je balkon.
te genieten van de zon.
dat jij daar zat had ik helemaal niet in de gaten.
ik hoorde wel je stem die tegen mij praate.
en jij zat daar met je noten.
maar je heb van de zon wel genoten.
dat de zon het humeur van mensen kunnen bepalen.
was aan jou te zien want je ogen glinsterden en je gezicht die straalde.
ik hoop dat de zon nog veel zal schijnen.
want mischien heb jij wat minder last van pijnen.