Geluk
Geluk, het is een afwisseling van alledag
Het overkomt je, het is niet iets waarop je wacht.
Een onvoorziene bijeenkomst van plaats en tijd
Je ziet het niet van te voren, hoe goed je ook kijkt.
Pech staat tegenover geluk, een ander type
Afwisseling van alledag. Het is gniepig
Iets dat stiekum op je wacht. Je kunt betwijfelen
Of je de tijd en plaats kunt vermijden
Als je geluk hebt hoef je er niets aan te doen
Het is mooi meegenomen en niet verboden
Bij pech kun je het nog eens over doen.
Ons geluk is ons niet overkomen
We hebben er niet op gewacht
We hebben het gemaakt, overdag en in dromen.